22 november 2006, een historische dag. Voor het eerst in de geschiedenis werd een partij die een hoofdtaak maakt van het opkomen voor de belangen van dieren, gekozen in een nationaal parlement. Dat werd hoog tijd.

Bij EénVandaag blikken smaakmakers uit het politieke jaar 2007 terug. Wat waren hun hoogte- en dieptepunten? Wat speelde er in de Tweede Kamer en bij de mensen die bepalend zijn?

22 november 2006, een historische dag. Voor het eerst in de geschiedenis werd een partij die een hoofdtaak maakt van het opkomen voor de belangen van dieren, gekozen in een nationaal parlement. Dat werd hoog tijd. De afgelopen decennia heeft de zittende politiek nauwelijks oog gehad voor de belangen van dieren. En dat terwijl Nederland sinds de Tweede Wereldoorlog is uitgegroeid tot het meest veedichte land ter wereld. 500 miljoen landbouwdieren lijden en sterven jaarlijks in onze bio-industrie, die vooral exportbelangen dient. Ieder jaar worden vier miljoen nertsen vergast voor de bontindustrie en maakt de plezierjacht twee miljoen slachtoffers onder dieren in het wild. Honderdduizenden proefdieren worden achter de gesloten deuren van de laboratoria opgeofferd voor de belangen van de wetenschap en de farmaceutische industrie, terwijl onderzoek naar alternatieven nauwelijks (financiële) stimulansen krijgt van de overheid. Miljarden vissen voeren een lange en pijnlijke doodsstrijd in de commerciële visserij, of sterven na een uitzichtloos leven in een kale betonnen bak in een viskwekerij.

Hoewel een aantal politieke partijen zichzelf profileert als diervriendelijk, blijken deze partijen in de praktijk maar weinig tijd vrij te maken voor de broodnodige verbeteringen van het dierenwelzijn, een enkel actief Kamerlid niet te na gesproken. Zij krijgen binnen de eigen fractie lang niet altijd de handen op elkaar voor het onderwerp en staan vaak alleen.

Het was duidelijk: de Haagse aandacht voor dierenwelzijn stak schril af bij de voortvarendheid die aan de dag wordt gelegd bij de verdediging van sectorbelangen. De rechten van dieren komen niet of nauwelijks aan de orde in politiek Den Haag, ook niet bij de partijen die zich laten voorstaan op hun diervriendelijke standpunten. De Partij voor de Dieren vindt dat daar verandering in moet komen.

Naast discussies over hypotheekrenteaftrek, topsalarissen in het bedrijfsleven en heffingen op mp3-spelers, moet in Den Haag gesproken worden over het welzijn van de honderden miljoenen dieren in Nederland. De belangen van dieren moeten serieus worden meegewogen bij de totstandkoming van wet- en regelgeving die hen aangaat. Een ingrijpende verbetering van de dierenwelzijnswetgeving is hard nodig om een einde te maken aan de inhumane manier waarop dieren in Nederland (mogen) worden behandeld. Een krimp van de veestapel is onontkoombaar als we onze aarde leefbaar willen houden voor toekomstige generaties.

De massale exploitatie van dieren raakt ons allemaal: wereldwijd is de veehouderijsector de grootste veroorzaker van de uitstoot van broeikasgassen en daarmee van de opwarming van de aarde. Driekwart van de Nederlandse natuurgebieden is te zwaar belast met ammoniak dat afkomstig is uit mest, waardoor kwetsbare flora en fauna verloren gaan. Het voer voor ons vee is afkomstig uit landen waar mensen honger lijden, waar mensen worden verjaagd van hun land en oerwoud verdwijnt voor de aanleg van veevoerplantages vol genetisch gemanipuleerde soja.

Sinds onze intrede in de Tweede Kamer hebben we vooral veel gebruik gemaakt van het recht op het stellen van schriftelijke vragen aan de regering. In het eerste jaar dat de Partij voor de Dieren deel uitmaakte van het parlement, hebben we meer dan 200 Kamervragen gesteld. Vooral voor kleine partijen vormen Kamervragen een belangrijke manier om meer duidelijkheid te krijgen over het door de minister gevoerde beleid, omdat andere middelen, zoals het aanvragen van een debat, veelal de instemming van de grotere partijen vereisen. Op het gebied van dierenwelzijn is het overheidsbeleid mager en in veel gevallen nog niet ingevuld, waardoor over veel zaken opheldering moet komen.

Kamervragen en de antwoorden daarop kunnen gebrekkige of conflicterende uitvoering van beleid blootleggen en vormen daarmee een basis voor vervolgoverleg, debatten en moties. Zo hebben we op basis van onze Kamervragen over het tentoonstellen van mensapen overleg gevoerd met de minister, waarna we een motie indienden die de regering opdraagt het Dierentuinenbesluit te evalueren. Deze motie is door een meerderheid van de Kamer aangenomen. Verder hebben onze vragen er bij verschillende onderwerpen (zoals diertransporten, jacht, gezelschapsdieren en huisvesting van productiedieren) toe geleid dat de minister toezegde de betreffende problematiek op te nemen in de Nota Dierenwelzijn. De Kamer gaat begin 2008 over deze nota in debat.

De antwoorden op Kamervragen vormen niet alleen een belangrijke bron van informatie voor politieke partijen, maar ook voor journalisten en maatschappelijke organisaties. Daarmee voeden Kamervragen tevens de maatschappelijke discussies over de betreffende onderwerpen.

De antwoorden op onze vragen laten duidelijk zien dat het kabinet de verantwoordelijkheid voor een beter dierenwelzijn, de bescherming van natuur en de aanpak van het klimaatprobleem vooral wil neerleggen bij de markt: sectorinitiatieven, vrijwillige richtlijnen en convenanten lijken de belangrijkste pijlers van het beleid. Waar burgers in ruime meerderheid verwachten dat de overheid bij grote maatschappelijke problemen als dierenwelzijn en milieu de touwtjes in handen neemt, laat het huidige kabinet deze oproep tot stevige regie vrijwel volledig aan zich voorbij gaan. Zelfregulering is het credo. Het gevolg is een ontluisterend gebrek aan visie, consistentie en daadkracht in het beleid dat dieren, natuur en milieu zou moeten beschermen tegen de (economische) korte termijn belangen die de politieke besluitvorming sinds jaar en dag domineren.

Hoogtepunten 2007: Doorbraak Partij voor de Dieren met 2 zetels in de Tweede kamer, 9 zetels in Provinciale Staten en 1 zetel in de Eerste kamer. Wereldpremière eerste Nederlandse klimaatfilm Meat the Truth. Verbod van de rechter op de drukjacht op wilde zwijnen nadat politiek boog voor jagerslobby. Meer politieke aandacht dan ooit voor dierenwelzijn.

Dieptepunten 2007: Aansluiting van Partij van de Arbeid bij landbouwlobby op tal van dossiers. Harm Evert Waalkens (PvdA) maakte de voorgenomen verbeterde controle op veetransporten onmogelijk, liet een historische kans onbenut om de bio-industrie via het burgerinitiatief afgeschaft te krijgen, gaf minister Verburg alle ruimte om het dierenwelzijnsbeleid een jaar uit te stellen en boycotte een spoeddebat over misstanden in veetransporten. Lutz Jacobi (PvdA) liet de drukjacht op wilde zwijnen uit haar vingers glippen, na twee aangenomen PvdA moties die vroegen om een verbod op die nodeloos wrede jachtvorm. Gelukkig herstelde de rechter die fout.

Verder wees de kamer massaal (met steun van de PvdA) een voorstel af om geen bedreigde diersoorten zoals paling en kabeljauw meer te serveren in het Kamerrestaurant.

Marianne Thieme is een Nederlandse dierenactiviste, publiciste en politica. Zij is voorzitter en fractievoorzitter van de Partij voor de Dieren in de Tweede Kamer en schrijft over dierenrechten.

Column - Marianne Thieme (2007)

Vragen? Stel ze!

Heb je nog vragen of wil je reageren? Stuur ons dan hier een berichtje in onze chat. Elke donderdag vertellen we in de Doe mee-nieuwsbrief wat we met alle reacties doen. Wil je die in je mail? Meld je dan hier aan.